Een wiel is een velg plus band. In die zin heeft wielvering altijd bestaan, want over het algemeen zorgen de banden van een auto voor circa 10% van de totale vering. Er zijn echter nog meer vormen van wielvering: bijvoorbeeld ‘velgvering’.
WIELVERING BIJ STOOMAUTO’S
1835. In 1835 kwam William Church (Engeland) op het idee om bij de wielen van zijn stoomauto de spaken een bepaalde kromming te geven, zodat die zouden inveren als er over een hobbel werd gereden. Het idee was dat zo’n wiel dan de daaruit voortkomende energie zou absorberen, zodat de inzittenden er geen last van zouden hebben. .
WIELVERING BIJ AUTO’S
1917. het Amerikaanse automerk Ingram-Hatch probeerde in 1913 hetzelfde, maar ook deze poging had geen succes omdat er inmiddels betere en goedkopere veersystemen mogelijk waren. Direct na de (door Duitsland verloren) Eerste Wereldoorlog waren luchtbanden niet te betalen.
1918. In het Duitsland van vlak na de Eerste Wereldoorlog heerste grote armoede. Daarom was er grote behoefte aan goedkoop vervoer. Zo had Bruno Slaby een minimalistisch elektro-autootje zonder vering gebouwd, waarvan de wielen in feite bestonden uit een kleine binnenste velg en een grote buitenste velg (in één vlak) met radiaal geplaatste veertjes ertussenin. Ook hier gold, dat uit armoede voortkomende uitvindingen kansloos zijn zodra de conjunctuur beter wordt.